Lisette Schumacher droomt Le Corbusier

Nieuw werk te leen! Kunstuitleen Rotterdam kocht de afgelopen tijd werken aan van kunstenaars die meedoen aan de financieringsregeling van het CBK Rotterdam. Eén schilderij komt van de getalenteerde Lisette Schumacher, die zich in haar atelier in Rotterdam-Noord laat inspireren door de gebouwen van de Franse architect Le Corbusier. In deze editie van Work Art | Play Art lees je er alles over.

Tekst: Patrick Kooiman (Interiorator)

De inspiratie voor je werk komt hoofdzakelijk van de architect Le Corbusier. Hoe is dat ontstaan?
“Hoe ik mij verhoud tot een ruimte en wat voor indruk bepaalde ruimtes op mij achterlaten, is altijd een uitgangspunt geweest in mijn werk. Zo maakte ik ooit een serie schilderijen over een verlaten textielfabriek in het Belgische Aalst. De garen spoelen lagen er nog. Ook de breimachines waren blijven staan. Het was een magische plek die ik vertaalde naar een reeks schilderijen. Maar toen ik in 2017 naar Marseille ging en daar een week verbleef in de Unité d’Habitation van Le Corbusier, vond ik dat zo indrukwekkend dat ik besloot me voorlopig te gaan focussen op zijn ontwerpen.”

Wat vind je zo mooi aan het werk van Le Corbusier?
“Le Corbusier is een meester als het gaat om lichtinval. Na de Tweede Wereldoorlog was er in Frankrijk een enorm woningtekort. Le Corbusier ontwierp een flatgebouw met appartementen die we nu als klein zouden typeren. Maar omdat hij zo goed met licht speelde door glazen gevels te gebruiken, vides in te bouwen, en de ruimte efficiënt in te delen, oogde het toch licht en ruimtelijk. Inmiddels heb ik ook de drie religieuze gebouwen in Frankrijk bezocht die hij ontwierp. Le Corbusier maakte er geen geheim van dat hij zelf niet religieus was. Maar hij snapte de ervaring van het geloof helemaal. Hij kon een mystieke, meditatieve sfeer creëren door te spelen met lichtinval en kleur. Een mooi voorbeeld hierbij zijn de gebrandschilderde ramen in de kapel van Ronchamp. Door elementen uit de natuur te tekenen op de gebrandschilderde ramen voelde ieder mens zich welkom, gelovig of niet.”

Op je blogpagina las ik dat je ook in een klooster van Le Corbusier hebt geslapen. Hoe was dat?
“Toen ik voor het eerst in het Dominicanenklooster in Éveux verbleef, vond ik het van buiten op een gevangenis lijken. Binnenin bleek het gebouw juist heel mooi te zijn. Daarom noem ik dit klooster vaak een oester. Je kunt er een maaltijd delen met de monniken die er wonen en je mag tegen een kleine bijdrage overnachten in een van de ‘cellen’. Het klooster was ooit een opleidingsinstituut voor monniken, zij verbleven in de ‘cellen’. De kamers zijn klein maar knus,  groen geel gekleurd en voelen als een veilige cocon. Het mooiste deel in het klooster is de kerk. Op zaterdagavond zwierf ik door het gebouw, ontdekte ik dat de kerkdeur open stond en ben ik stiekem naar binnen gegaan. Het was er koud en donker. Als de deur maar niet achter me dicht valt, dacht ik nog! Toen mijn ogen waren gewend aan het donker, zag ik prachtige schimmen van de crypte en het koor. Over mijn eerste kennismaking met de kerk heb ik na terugkomst een kleine serie schilderijen met schimmen gemaakt. De volgende ochtend was het hele dorp uitgelopen voor de zondagsdienst. Het was voor mij een meditatieve ervaring; het luisteren naar het Frans Latijnse prediken en de gezangen terwijl ik tegenover mij, boven de hoofden van de kerkgangers, vier mysterieuze horizontale lichtsluizen met gekleurd licht zag. Verder kijkend naar de crypte, drie cilindrische lichtkokers die leken te zweven in het nachtblauwe plafond. Een onvergetelijke ervaring die ik die ik later vertaalde naar kleurrijke ritmische schilderijen.”

   

Hoe vertaal je zo’n mooie ervaring naar het doek?
“Ik gebruik details van wat mij is opgevallen tijdens mijn verblijf of bezoek en gebruik die als uitgangspunt. De lichtwerking in de gebouwen speelt daarbij een grote rol. Je zou kunnen zeggen dat ik details uitvergroot en vertaal naar abstract werk. Na een bezoek duurt het even voordat ik alle ervaringen heb verwerkt. Dan volgt een periode van broeden en ontstaan de eerste ingevingen; ideeën over hoe ik mijn ervaringen zou kunnen vertalen naar beeld. Soms komt het ook ineens in mijn hoofd. Plop! Vervolgens ga ik maandenlang aan de slag met schetsen en maak ik materiaal en techniek proeven. Ik droom zelfs weleens over een gebouw van Le Corbusier. Dan loop ik er doorheen en zie ik alle details haarscherp.”

En hoe zit het met de kleuren die je gebruikt in je werk? Ze zijn zo uitgesproken!
“Wist je dat Le Corbusier ooit 66 unieke verftinten bedacht die je eindeloos kunt combineren en die in elke woning goed zouden staan? Hij noemde die kleurentheorie de Polychromie Architecturale. Slechts één verfproducent heeft de exclusieve kleurcodes gekregen van de Fondation Le Corbusier, de stichting die zijn nalatenschap beheert. Die verftinten zijn op de markt en wil ik natuurlijk hebben! Ik ben van plan ze te gaan inzetten bij mijn eerstvolgende project. Te kunnen werken met de exacte kleurtinten die Le Corbusier ontwikkelde en inzette in de interieurs van zijn ontwerpen is een mooie nieuwe stap. Om de lichtwerking in de gebouwen van Le Corbusier te vertalen, ben ik ook uitgekomen bij neon. Ik was op zoek naar pigmenten die licht afgeven, die je als het ware het beeld intrekken zoals het gekleurde licht in het klooster en de kapel mij bleven aantrekken.  Aanvankelijk was ik wat huiverig dat neon veel te hip zou zijn. Maar in combinatie met bijvoorbeeld donkerblauw kunnen fluorescerende kleuren echt zinderen. Ik gebruik donkerblauw symbolisch; deze kleur refereert aan het gebouw zelf; het lichaam. De lichte net niet witte kleur die ik gebruikt heb in de Unité series refereert aan het gebruik van béton brut, het onafgewerkte beton op de gevels en binnenzijden van de Unité d’Habitation in Marseille.”

Denk je dat je ooit uitgekeken raakt op Le Corbusier?
“Voorlopig niet, er zijn nog een hoop gebouwen te bezoeken in Frankrijk, en ik zou graag eens Chandigarh in India bezoeken. Le Corbusier ontwierp een deel van de stad. Wel ben ik van plan om een tweede architect onder de loep te gaan nemen. Ik hoop volgend jaar in Los Angeles onderzoek te gaan doen naar Frank Lloyd Wright.”


Bay window niche Paris XXIII, nu te leen bij Kunstuitleen Rotterdam (110 x 100 cm)

Ook jij maakte gebruik van de regeling van het CBK. Wat maakte dat je ervoor koos om een werk te verkopen aan Kunstuitleen Rotterdam?
“Ik was dit jaar bezig met een nieuwe serie werk, maar had door de onzekere tijd alleen werk op klein formaat gemaakt. Mijn wens was om ook groot werk te kunnen maken in deze serie. Met uitgestelde exposities en beurzen bleven inkomsten ook gering. Toen de mogelijkheid van de PPR voorbij kwam kon ik het grote werk maken dat nog ontbrak in de serie.”

Het werk dat je binnenkort kunt lenen, is gebaseerd op een nis van gebrandschilderd glas die is geïntegreerd in de glazen gevel van het appartement van Le Corbusier in het Molitorgebouw in Parijs. De kleurrijke nis werd gebruikt om objecten, zoals schelpen, kiezels en bloemen in te exposeren. Met dat soort ‘mini-exposities’ wilde hij een poëtische reactie uitlokken. Prachtig toch? Ik besloot dit ‘miniatuur diorama’ als uitgangspunt te nemen. Ik rangschikte de drie primaire kleuren in de nis in zes verschillende sequenties. Door de kleuren in de verschillende volgordes over elkaar te schilderen ontstond zo telkens een andere eindtoon met subtiele verlopen; variërend van blauwpaars en roodpaars tot geelgroen.”


Kleurrijke nis appartement Le Corbusier in Parijs

Waar kunnen we je werk de komende tijd nog meer bekijken?
“Mijn werk is momenteel te zien bij ARTFEM biënnale voor vrouwelijke kunstenaars in Macau, maar door Covid-19 is een bezoek niet mogelijk. Ik post er wel foto’s van op mijn Instagram. Van 27 november tot en met 16 januari 2021 laat ik mijn werk zien bij de expositie ‘By Invitation Only’ bij Logman Gallery in Utrecht. En tussen 21 februari t/m 28 maart 2021 bij Kunstuitleen Alkmaar. Laten we hopen dat het allemaal door kan gaan!”

 

FacebookFacebook
instagraminstagram

Korte artikelen over kunstenaars uit onze collectie: